Bestaat “de waarheid” wel? Of is er alleen mijn waarheid, en jouw waarheid?
Hetgeen ik waarneem is mijn perceptie. Het woord perceptie is afgeleid van het Latijnse woord "perceptie", wat waarneming of verkrijging betekent. Het aanschouwen en vanuit eigen ervaring beoordelen van een situatie.
Een waarneming is altijd onderhevig aan de filters die ieder persoon ontwikkeld heeft door de ervaringen in zijn/haar leven. Perceptie heeft dus een component van oordeel en ervaring, een framing.
Mijn perceptie
Mijn perceptie zal dus altijd verschillen van jouw perceptie. Dit komt omdat de ervaringen die ik heb opgedaan, de oordelen die ik hierover heb geveld en de overtuigingen die ik daaruit heb meegenomen heel persoonlijk zijn. Zoals er geen gezicht hetzelfde is, is er ook geen perceptie gelijk.
In waarheid zit een waardeoordeel. Een toetsing naar feiten. Iets wat waar is zou moeten voldoen aan deze toetsing. Het is waar en daarmee waarheid.
Mijn waarheid ontstaat uit mijn percepties. Mijn waarheid is een bundeling van mijn percepties, mijn ervaringen, mijn oordelen en mijn overtuigingen. En daarmee zal mijn waarheid ook niet jouw waarheid zijn. In dat opzicht bestaat “de waarheid” dus ook niet.
Dé waarheid
De waarheid zou moeten bestaan uit universele ervaringen, universele oordelen en universele overtuigingen die voor ons allemaal gelijk zouden moeten zijn. Bestaat dat wel?
Feiten zijn het gevolg van een gezamenlijke overeenstemming van een observatie, van (wetenschappelijk) onderzoek. En omdat we deze conclusies aan elkaar doorgeven wordt het een feit. Maar feiten zijn feiten totdat het tegendeel bewezen is en hiermee dus veranderlijk.
De waarheid zou dus alleen kunnen bestaan waar we spreken over iets waar we het met zijn allen over eens zijn. Zo zijn er voor culturen verschillende waarheden, voor landen verschillende waarheden en voor personen verschillende waarheden.
Overtuigen
Elkaar overtuigen van de waarheid heeft dus ook geen zin. Jouw waarheid is niet mijn waarheid. Want jouw ervaringen zijn niet mijn ervaringen, jouw overtuigingen zijn niet mijn overtuigingen.
Om van jouw waarheid mijn waarheid te maken moet ik mijn eigen ervaringen en overtuigingen teniet doen. En hoewel ik mijn overtuigingen kan veranderen, kan ik mijn ervaringen niét veranderen.
En ook al kan mijn waarheid veranderen als de waarheid van een ander mij nieuwe inzichten geeft, zal in eerste instantie jouw waarheid botsen met mijn waarheid.
En dan is er de kans dat jouw waarheid mij kan kwetsen. Omdat het mij in mijn ervaringen en overtuigingen aantast. Het kan als een oordeel voelen. Een oordeel (naar mijzelf) dat mijn waarheid en daarmee mijn ervaringen incorrect zijn. Dat ik daarmee niet goed (genoeg) ben.
Lekker eigenwijs
Daarom ben ik eigenwijs. Ik doe het op mijn eigen wijze, naar mijn eigen waarheid.
Dat is mijn waarheid.